Marianne Kok en Ad van Moorselaar van de Utrechtse woongemeenschap Tuinwijk vertellen over de aanpak van hun introductiecommissie.
Ad: ‘Van iedereen op de belangstellendenlijst verwachten we dat ze eerst 6-12 maanden regelmatig op ons koffie-uurtje komen, vergaderingen bezoeken en aan activiteiten deelnemen. Zo is er voldoende tijd om van beide kanten kennis te maken en te onderzoeken of er een match is. Je kunt je altijd vergissen, maar het geeft wel een goed eerste beeld. Vooral voor bewoners die hier al heel lang wonen, is het prettig om een tijdje aan nieuwkomers te kunnen wennen.
Op de wachtlijst
Daarna stemmen we – anoniem – in de groep over toelating: bij meer dan 75% voorstemmen komt iemand op de wachtlijst.’ Marianne: ‘In het verleden is slechts een keer iemand ooit in die fase afgevallen. Vanaf dan is het: wie het eerst komt, wie het eerst maalt. Soms gaan we daar wat soepeler mee om als de omstandigheden dat vragen.’
Een voorkeur uitspreken voor een specifieke woning kan niet als je op de wachtlijst staat. Als er een woning vrijkomt, wordt die eerst aangeboden aan de groepsleden. In de praktijk schuift niemand door: dan wordt er een nieuw huurcontract opgesteld met voor ‘oude’ bewoners een aanzienlijk hogere huur.
Inburgering
Als iemand intrek heeft genomen in zijn of haar woning, gaat de ‘inburgering’ binnen Tuinwijk via de natuurlijke weg. Van iedereen wordt een actieve houding verwacht. Door de vrij lange introductieperiode weten mensen aardig de weg en is er meestal al een eerste aansluiting met andere bewoners. Ad: ‘De lief-en-leed commissie verzorgt een welkomstpakketje of een bos bloemen en er is een infopakket met praktische zaken. De naaste buren wippen als vanzelfsprekend even aan. Gaandeweg ontstaat een beeld hoe iemand kan bijdragen aan een werkgroep of bepaalde activiteiten.’
Ellie Tap
Dit is een ingekorte versie van een artikel dat eerder in Wijzer Wonen verscheen.