Naast heel veel bijzondere momenten die in een woongroep gememoreerd kunnen worden, is herdenken bij het overlijden van een bewoner misschien wel het meest bijzonder en het meest ingrijpend. Omdat het zo definitief is.
Mijn ervaring is, dat op die momenten de saamhorigheid heel duidelijk voelbaar is. Maar hoe doe je dat? Of, zou je dat wel doen? En wie gaat dat doen? Heel veel vragen die dan opkomen.
Gegroeid
Reeds anderhalf jaar nadat onze woongemeenschap Nieuw Amer ‘woonde’ werden we geconfronteerd met het overlijden van een bewoner. Veel onderwerpen waren van te voren de revue gepasseerd en besproken, maar niet het sterven in een woongroep. We woonden hier immers om te leven!
Toch zijn we tijdens twintig jaar wonen al veertien keer bij elkaar geroepen om te herdenken. De manier waarop wij hiermee omgaan is langzamerhand gegroeid. En altijd is er de mogelijkheid om het aan te passen. Immers, ieder die herdacht wordt, had een eigen persoonlijkheid. Daarmee moet rekening gehouden worden, even zo goed als met de nabestaanden.
Ceremoniemeester
Het bestuur neemt de leiding en gaat bij alle bewoners langs om te melden wie is overleden. Als iemand niet thuis is, wordt een briefje achtergelaten. Eventueel worden ook oud-leden en oud-bewoners geïnformeerd. Als het mogelijk is, vindt de dag na het overlijden de herdenking plaats in de gemeenschappelijke ruimte. In overleg met de familieleden wordt wel of geen advertentie geplaatst.
De herdenking wordt geleid door een ceremoniemeester. Die neemt op zich om de zaal in te richten. Een aparte tafel met een foto, een kaars, bloemen en waxinelichtjes. Noem het maar een klein altaar. Ook wordt in overleg met de familie muziek klaargelegd.
Bijzondere gebeurtenis
De ceremoniemeester opent de bijeenkomst met een welkomstwoord. Hijzelf, of ieder die dat wil, wordt in de gelegenheid gesteld iets te zeggen ter nagedachtenis van de overledene. De bijeenkomst wordt afgesloten met koffie of thee en nagesprekken. Bij binnenkomst kan iedereen een lichtje aansteken en bij de foto plaatsen. De aangestoken lichtjes blijven branden totdat ze vanzelf uitgaan. De kaars bij de foto blijft iedere dag branden van 10.00 tot 19.00 uur tot na de begrafenis of crematie.
De bloemen gaan mee naar het graf of bij het afscheid. En tenslotte wordt vooraf overlegd of en door wie nog gesproken wordt namens de woongroep in de aula of de kerk. Altijd is het een sobere, ingetogen, bijzondere gebeurtenis.
Peter Leenhouts
Dit is een verkorte versie van een artikel dat in Wijzer Wonen verscheen.